129e jaargang, 14 februari nr.4
Te midden van alle onrust in kerk en wereld is het goed om stil te staan bij wat werkelijk houvast geeft: het Woord van de levende God. Op allerlei manieren wordt in de Bijbel bezongen hoe vast dat Woord is. Het houdt stand, tegenover menselijke vergankelijkheid. Het is kostbaarder dan wat ook op aarde. Wie de Heere liefheeft, heeft ook Zijn Woord lief. De dichter van Psalm 119 wordt niet moe om de rijkdom ervan te bezingen, 176 verzen lang.
Groei in de genade en groei van de kerk is alleen te verwachten waar we leven bij het Woord van God. Dat wordt verkondigd in de prediking – vooral de verkondiging ervan staat in de Schrift op de voorgrond, veel meer dan ons persoonlijk Bijbellezen. Maar het is ook goed om samen de Schriften te openen. Daarbij gaat het niet zozeer om het delen van persoonlijke gevoelens, maar om samen te luisteren wat het Woord van de levende God ons vandaag te zeggen heeft. Daarvan mogen we verwachting hebben: het Woord is levend en krachtig, het opent harde harten, het wijst de weg, en het geeft kracht en vreugde om die weg te gaan. Omdat de Schrift vol is van het Woord dat vlees geworden is, Jezus Christus.