Op de basisschool Prinses Beatrix heeft groep 7 een gast: mw. Cock Karssen. Zij vertelt over haar ervaringen van de Tweede Wereldoorlog in Bodegraven en ik mag erbij zijn.
Mevrouw Karssen gebruikt daarvoor de dagboeken en tekeningen van kinderen uit Bodegraven van 9 en 10 jaar. De Tweede Wereldoorlog dus door de ogen van kinderen.
Een spannende periode die begint met laag overvliegende vliegtuigen, geloei en geknal waar ze met open monden naar kijken. Totdat ze van hun ouders moeten schuilen. De oorlog is gestart en de Duitsers winnen. Al snel zijn de gevolgen zichtbaar. De soldaten gebruiken de scholen voor soldatenhuisvesting. De radio’s moeten worden ingeleverd, net zoals de auto’s en fietsen.
In Bodegraven woonden zestien Joodse mensen. Ze werden door de Duitsers zogenaamd om te werken naar Westerbork gestuurd. Zo gingen ze, nietsvermoedend. Het einde was de dood in Auschwitz.
De vader van Cock maakte een krant waarvan de inhoud niet door de Duitsers en NSB’ers werd gepruimd. Nadat hij moest stoppen, ging hij in het geheim verder met een illegale krant. Zes dagen voor de bevrijding werd het huis van Cock haar ouders omsingeld door de Duitsers. Haar hele familie werd gevangengenomen en zelf herinnert ze nog dat ze als driejarige bij vreemden moest slapen en huilend in slaap viel.
‘Door te herinneren kunnen wij ons moreel wapenen’
Voor Cock en haar familie liep het gelukkig goed af. De Tweede Wereldoorlog lijkt misschien lang geleden. Waarom dan deze lessen en de 4 mei-herdenking? Op dit moment vangen wij in Reeuwijk Oekraïners op die zijn gevlucht voor oorlog. Het is dichtbij. Door te herinneren kunnen wij ons moreel wapenen. Dat is goed voor deze kinderen maar ook voor u en mij. Laten we tijd nemen om te herinneren en daarmee ons moreel te wapenen. De herdenking op 4 mei, wees erbij!