Skip to main content

Door omstandigheden zit ik de laatste tijd vaker in de auto en luister daardoor vaker naar de radio. Meestal staat de nieuwszender aan. Daarop zijn programma’s te beluisteren waarbij je als luisteraar kunt inbellen om mee te praten.

 

Drie dagen voorzien

In zo’n programma was begin maart het gespreksonderwerp de oproep van de minister van Veiligheid dat iedere burger voorbereid moet zijn op een grote calamiteit. Zoiets is niet denkbeeldig, zoals onlangs in Spanje en Portugal bleek, waar in grote gebieden de stroom uitviel. Maar ook als alleen het internet zou uitvallen, staan we voor grote problemen. Fabrieken, vervoersbedrijven, winkels en banken kunnen zonder het internet niet functioneren. Als zoiets gebeurt, moeten we onszelf drie dagen kunnen redden met eten en drinken, energie en veiligheid. Wat vonden de luisteraars hiervan?

Sommige bellers vonden het maar onnodige angstzaaierij. Anderen dachten dat ze wel op een calamiteit waren voorbereid. De reactie van één beller was heel opmerkelijk en daarom herinner ik me deze nog heel goed. Hij was op en top voorbereid, had zijn noodpakket op orde volgens de richtlijnen, maar had dat uitgebreid met een wel heel opmerkelijk voorwerp: een wapen. De radioverslaggever begreep het eerst niet goed, maar toen duidelijk werd dat de inbeller serieus meende wat hij zei, viel de verslaggever bijkans van zijn stoel. Waarom een wapen? Dat had de minister niet aanbevolen! De beller redeneerde echter als volgt: als ik voor mezelf voor drie dagen te eten en te drinken heb, dan zal ik worden belaagd door mijn buren, vrienden of familieleden die geen overlevingspakket klaar gemaakt hebben. Ik moet me hen dan van het lijf kunnen houden.

Het is natuurlijk een volstrekt absurd idee. Kan deze beller zich echt indenken dat hij op anderen, bekenden nog wel, zal schieten? Maar hij raakt wel een punt dat ook altijd in mijn gedachten speelt als het gaat over het overlevingspakket. Heb ik daardoor nog steeds geen pakket in huis en voel ik ook geen sterke aandrang het te gaan doen? Het gaat om dit punt: stel, er doet zich een noodsituatie voor en ik ben met mijn gezin aangewezen op ons overlevingspakket, zou ik het dan over mijn hart kunnen verkrijgen om mijn buurvrouw de deur te wijzen als die bij mij aanklopt om hulp? Kan ik dan zeggen: sorry, je hebt verzuimd naar de minister te luisteren, je red je zelf nu maar? Er zit een egoïstisch trekje van ‘ieder voor zich’ aan het hele idee van het overlevingspakket waar ik moeilijk mee uit de voeten kan.

Noodzetels

Daarbij komt de vraag of je geen valse veiligheidsgevoelens oproept. Met een pakket koop je drie dagen respijt, maar daarna? De gedachte is dat de overheid alles binnen drie dagen weer op orde heeft. Maar als dat niet lukt? Een overlevingspakket voor maar drie dagen lijkt mij veel te kortzichtig. En als het binnen drie dagen wel lukt lijkt me een overlevingspakket niet nodig; we kunnen best een poosje zonder eten en drinken.

"Er zit een egoïstisch trekje van “ieder voor zich” aan het hele idee van het overlevingspakket"

Ik moet in dit verband altijd denken aan een bezoek dat ik enkele jaren geleden bracht op de Open Monumentendag aan een bunker in Middelburg. In de tijd van de Koude Oorlog zijn verspreid over Nederland een aantal zogenaamde ‘noodzetels’ gebouwd, onder gebouwen van overheidsinstellingen. Ze waren bestemd voor regeringsleiders en andere bestuurders voor het geval dat de Sovjet Unie ons land zou aanvallen met atoomwapens. Het waren bunkers met volledig ingerichte ruimten, afgesloten van de buitenwereld, om er enige tijd te kunnen verblijven. Ze waren voorzien van een eigen zuurstofsysteem en van een voorraad eten en drinken. Er waren telefoons en andere communicatiemiddelen. Een selecte groep mensen zou een atoomaanval daar kunnen overleven en na de aanval, in de chaos en verwarring onder het volk, het bestuur weer oppakken. ‘Welk volk?’ dacht ik steeds, terwijl ik in de Middelburgse bunker rondliep. Als er een atoombom op de stad is gevallen, wat staat er dan nog overeind en over wie valt er in die radioactieve wereld nog te regeren? En dan het idee dat er een lijst van geselecteerden bestond voor wie er een plekje in de bunker gereserveerd was. Dominees zullen zeker niet tot de uitverkorenen hebben behoord, maar als ik er op had gestaan zou ik me hebben geschaamd. Het is maar goed dat deze bunkers inmiddels tot het cultureel erfgoed behoren.

Zorgeloos …

Als het om deze dingen gaat, voel ik me aangesproken door de woorden van de Here Jezus in de Bergrede: ‘Maak je geen zorgen over je leven, over wat je zult eten of drinken, noch over je lichaam, over wat je zult aantrekken. Is het leven niet meer dan voedsel en het lichaam niet meer dan kleding? Maak je geen zorgen voor de dag van morgen, want de dag van morgen zorgt wel voor zichzelf. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad’ (Matt. 6:25 en 34).

"Kerken zijn historisch plekken waar mensen komen schuilen"

… en verantwoordelijk

Maar ontdoe je je dan niet van je verantwoordelijkheid? Het is toch ook bijbels om voorbereid te zijn op een crisis? Schreef Matteüs ook niet over meisjes die onvoldoende voorbereid waren en geen olie hadden toen ze die nodig hadden? Ze klopten aan bij hun vriendinnen en deden een beroep op hun olievoorraad, maar die lieten hen er niet in delen. Bestaat er dan toch iets van een bijbels egoïsme? (Matt. 25).

Het is een gelijkenis van Jezus, de eerste van drie. Ze leggen elkaar uit. De derde gelijkenis laat zien wat Jezus bedoelt met ‘voorbereid zijn’ en ‘olie hebben’. Dan stop je je gekregen goed niet weg in de grond uit angst, maar je bent er werkzaam mee in werken van barmhartigheid en je deelt uit, vandaag, eten en drinken, kleding en warmte aan wie bij je aanklopt.

Noodsteunpunt

In deze lijn ligt het bericht dat ik las, dat veiligheidsregio’s en burgerlijke gemeenten werken aan plannen om een netwerk van ‘noodsteunpunten’ op te zetten, waar mensen bij rampen en calamiteiten terecht kunnen. Aan brandweerkazernes en buurthuizen, maar ook aan kerken wordt gedacht als noodsteunpunt. Kerken zijn historisch plekken waar mensen komen schuilen, ze beschikken over ruimte en faciliteiten en bergen een gemeenschap van mensen die wekelijks leert om barmhartig te zijn. Laten kerken van harte aan deze plannen meewerken. En komt de nood aan de man, laat dan ieder zijn noodpakket meenemen naar het noodsteunpunt en het daar ter beschikking stellen. Daar reken ik op!

Weergaven: 0