Skip to main content

Vraag
Jezus vraagt ons om elkaar lief te hebben. Maar ik kan een bepaalde broeder niet bij me in de buurt verdragen. Hoe ga ik daarmee om?

Vrouw. Gehuwd, kinderen in puberleeftijd. Wijkdame en hulpkoster in de gemeente.

Dat je je irriteert aan een broeder in de gemeente, daarvan kun je misschien om te beginnen heel nuchter constateren: dit soort dingen gebeuren. Je bent een mens, je hebt net als andere mensen je nukken en neigingen, ook zondige neigingen. Soms irriteer je je aan elkaar. Niet iedereen ligt je even goed. Dat blijft ook zo als je christen bent. Zulke nuchterheid brengt je bij God, want liefhebben: daar heb je Hem voor nodig. God geeft ons broeders en zusters in de gemeente. Hen liefhebben kunnen we niet uit onszelf. Daar hebben we Jezus voor nodig. Daar word je je extra van bewust bij mensen die je niet goed liggen. Je hebt Jezus nodig. Zijn liefde en vergeving. Elke dag.

Maar in dit geval gaat het om een specifieke broeder. En je loopt er elke keer tegenaan en je hebt het er moeilijk mee. Je vraagt je misschien af: leef ik te weinig afhankelijk van Jezus en ben ik daarom te weinig liefdevol?
Dat is een goede vraag, maar in zo’n specifieke situatie kun je je ook nog een andere vraag stellen. En die heeft te maken met wat in de Bijbel wijsheid heet. Het onderscheiden van situaties. Die wijsheid begint ook bij God, de vreze des Heeren is het begin der wijsheid. In je gebeden voor deze broeder en voor jezelf mag je de Heere vragen om wijsheid. Daar hoort inzicht bij in wat er aan de hand is waardoor je specifiek deze bepaalde broeder zo slecht verdraagt.

En dan kunnen een paar vragen misschien ook wel helpen. Een eerste vraag zou kunnen zijn: gaat deze broeder misschien over grenzen heen van wat nog betamelijk is? In hedendaagse termen: is er sprake van onveilige situaties? Als dat aan de hand is, dan is het begrijpelijk dat je dat slecht verdraagt. Maar dan moet er ook meer gebeuren. Dan moeten er grenzen bewaakt of hersteld worden en daar heb je soms hulp van betrouwbare anderen bij nodig. Een vertrouwenspersoon in de gemeente kan je dan misschien goed helpen.

Als het niet een dergelijke situatie is, dan kun je je afvragen: ligt dit meer in het vlak van irritaties en botsingen van karakters? Of gaat het misschien om iemand die in zijn algemeenheid moeilijk gedrag vertoont? Of is er bij mezelf iets waar ik eigenlijk altijd op reageer als een stier op een rode lap? Dat hoef je niet per se allemaal heel scherp te krijgen, maar het kan wel helpen een idee te hebben waar je het zoeken moet. Voor sommige situaties zijn ook heel goede adviezen te krijgen. Bij sommige mensen met een bepaald karakter kan het bijvoorbeeld helpen heel duidelijk te zijn en af te bakenen: ja is ja, 8 uur is 8 uur, één bakje koffie is niet twee bakjes koffie etc. Zoiets kan helpen om meer grip op een situatie te krijgen en dan lukt het liefhebben van de ander soms ook weer beter.

Weergaven: 41